Blijf op de hoogte

RI&E

  • Voor bedrijven
    • Covid-19 en de RI&E
    • Startpunt Route naar RI&E
    • Bent ú RI&E-plichtig?
    • De RI&E, door wie?
    • Stap 1: Inventarisatie
    • Stap 2: Evaluatie
    • Stap 3: Plan van Aanpak
    • Stap 4: Toetsen van uw RI&E
    • Stap 5: Aan de slag!
    • Praktisch aan de slag
    • Communiceren met medewerkers
    • Voor preventiemedewerkers
    • Informatie over de RI&E
    • Information in English
  • Voor branches
    • Corona-protocol en de RI&E
    • 10 tips uit de praktijk
    • Handleiding in 4 stappen
    • Stap 1: Ontwikkeling
    • Stap 2: Erkenning
    • Stap 3: Implementatie
    • Stap 4: Onderhoud
    • Communiceren over de RI&E
    • Criteria voor een branche
  • Voor werknemers
    • Veilig en gezond
    • De Risico Inventarisatie en Evaluatie
    • Wat kunt u als werknemer zelf doen?
    • Wettelijke verplichtingen
    • Wie doet wat bij het maken van het arbobeleid?
    • Uitleg van termen
    • Wat weet jij van de RI&E?
  • RI&E Instrumenten
    • Algemene RI&E instrumenten
    • Bouw & Bouwnijverheid
    • Detail- & groothandel
    • Dienstverlening
    • Horeca, recreatie, sport, toerisme
    • Industrie
    • Landbouw & Dierhouderij
    • Onderwijs & Cultuur
    • Overheid
    • Mobiliteit, vervoer & Opslag
    • Zorg & Welzijn
  • Wetgeving
    • Overzicht wettelijke bepalingen
    • Toetsing van de RI&E
    • De RI&E verplichting en vrijwilligers
  • FAQ en helpdesk
    • Helpdesk
    • RI&E verplichting
    • Opstellen RI&E
    • Gebruik (digitale) RI&E Instrumenten
    • Vrijwilligers
    • ZZP-ers
    • Preventiemedewerker
    • Toetsen van de RI&E
    • Ondernemingsraad
    • Arbodienst / Inspectie SZW
    • Geldige en vervallen erkenningen voor RI&E instrumenten
  • Nieuws & over ons
    • Nieuws
    • Nieuwsbrieven
    • Podcast
    • Over ons
    • Privacyverklaring
Home / De RI&E en Plaatsonafhankelijk werken

De RI&E en Plaatsonafhankelijk werken

Regelmatig krijgen wij de vraag of een organisatie ook een RI&E moet maken voor medewerkers die niet op kantoor, maar bijvoorbeeld thuis werken. Het antwoord is ja, maar de regels voor de thuiswerker zijn wel anders dan die voor de medewerkers die op kantoor werken.

De RI&E moet voor alle medewerkers worden gemaakt, dus ook voor medewerkers die niet op het kantoor van de werkgever werken. Het zogenaamde plaatsonafhankelijk werken.  Alleen zijn voor medewerkers die plaatsonafhankelijk werken veel minder concrete regels van toepassing dan voor medewerkers die op een vaste plaats op het kantoor van de organisatie werken.

De concrete regels die van toepassing zijn op medewerkers die plaatsonafhankelijk werken zijn opgenomen in afdeling 10 van hoofdstuk 1 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. Daarbij gaat het o.a. om regels m.b.t. gevaarlijke stoffen, machines en beeldschermwerkplekken.

Deze regels uit het Arbobesluit gelden zowel voor medewerkers die één dag van hun werkweek thuis of elders werken als voor medewerkers die permanent thuis of elders werken.

In het verleden werd gesproken over thuisarbeid, maar gezien de ICT-ontwikkelingen kan die thuisarbeid ook gemakkelijk elders (horeca-etablissement, werkruimten voor zelfstandigen, etc.) worden verricht en daarom is de naam veranderd in plaatsonafhankelijk werk.

In sommige branche-RI&E wordt ook aandacht besteed aan plaatsonafhankelijk werk. Daar waar het niet in de branche RI&E staat, maar wel van toepassing is kan de werkgever zelf extra vragen toe voegen aan de RI&E.

Verdieping
Een werkgever kan in een arbeidsovereenkomst met een werknemer vastleggen dat de werknemer de gehele of gedeeltelijke arbeidstijd arbeid verricht “in een woning of op een andere door die werknemer gekozen plaats buiten het bedrijf of de inrichting, die niet de arbeidsplaats van de werkgever is.”

Een werknemer die in een woning of elders zijn/haar arbeid verricht valt gewoon onder de werking van de Arbowet. Dat betekent dat de werkgever ook voor deze werknemer, die dus (geheel of gedeeltelijk) plaatsonafhankelijk werk verricht, de Arbowet moet naleven (bijv. RI&E, plan van aanpak, voorlichting, deskundige ondersteuning door een arbodienst etc.).

Op een gewone werkplek in een kantoor van de werkgever gelden alle relevante regels uit het Arbobesluit en de Arboregeling. Maar voor werknemers die plaatsonafhankelijk werk verrichten gelden een beperkt aantal regels uit het Arbobesluit en de Arboregeling. In de artikelen 1.45 tot en met 1.50 van het Arbobesluit staat precies aangegeven welke concrete regels van toepassing zijn voor plaatsonafhankelijk werk.

We hebben het hier over een werkgever en een werknemer die een arbeidsovereenkomst hebben, maar het bovenstaande verhaal is ook van toepassing op een overheidswerkgever en ambtenaar, een bedrijf waar een uitzendkracht werkt (ter beschikking gesteld) en een stagiair die stage loopt bij een bedrijf (onder gezag werkend).

Tot slot gelden de voorschriften uit het Arbobesluit en de Arboregeling m.b.t. plaatsonafhankelijk werk ook voor een bijzondere categorie medewerkers. Het gaat daarbij om activiteiten die een bedrijf uitbesteed aan een persoon die werkt vanuit zijn woning. De persoon die dat werk doet moet dat werk niet tegelijkertijd als een commerciële activiteit aanbieden. Het gaat dan om personen die iets doen voor een bedrijf (denk aan stickers plakken, ballonen opblazen en cadeaus inpakken). Deze mensen hebben geen arbeidsovereenkomst maar verrichten hun werk op basis van een overeenkomst van opdracht.

De voorschriften uit het Arbobesluit en de Arboregeling m.b.t. plaatsonafhankelijk werk gelden niet voor werknemers die:

  • (ver)bouwactiviteiten verrichten aan een woning;
  • verplegende, verzorgende en huishoudelijke hulp verlenen aan personen.

Overzicht van regels uit het Arbobesluit (AB) en Arboregeling (AR) die van toepassing zijn op plaatsonafhankelijk werk:

Hoofdstuk uit Arbobesluit Onderwerpen Exacte vindplaats
Hoofdstuk 1 (Definities en toepassingsgebied)  a) Werkgever moet gegevens over de werknemer, de werkzaamheden en de stoffen, hulpmiddelen en werktuigen beschikbaar hebben. a) art. 1.51 AB
b) Werkgever mag de werknemer geen voorraden in de woning laten opslaan, dan louter voor de arbeid nodig. b) art. 1.52 AB
c) Werknemer moet bij plaatsonafhan-kelijk werk arbeidsongevallen melden. c) art. 1.53 AB
Hoofdstuk 2 (Arbozorg en organisatie van de arbeid) a) Arbodiensten en deskundigen a) art. 2.6a t/m 2.14c AB + art. 2.1 t/m 2.17 AR
b) Raadpleging van een andere bedrijfsarts en klachtenprocedure b) art. 2.14d en 2.14e AB
c) Psychosociale arbeidsbelasting c) art. 2.15 AB
Hoofdstuk 4 (Gevaarlijke stoffen en biologische agentia) Geen specifieke onderwerpen uit hoofdstuk 4, maar in art. 1.46 AB
wordt exact aangegeven met welke
stoffen er in de woning gewerkt mag worden en onder welke condities.
art. 1.46 AB
Hoofdstuk 5 (Fysieke belasting) a) Fysieke belasting a) art. 5.1 t/m 5.6 AB
b) Beeldschermwerk b) art. 5.7 t/m 5.12 AB + art. 5.1
c) Bij arbeid in de woning moet werknemer een werkplek ter
beschikking worden gesteld, tenzij
hij/zij daar zélf al over beschikt.
c) art. 1.47, lid 2 + art. 5.4 en art. 5.12 AB
Hoofdstuk 6 (Fysische factoren) Bij arbeid in de woning moet de werknemer voorzieningen voor kunstverlichting ter beschikking worden gesteld, tenzij hij/zij daar zélf al over beschikt. art. 1.48 AB + art. 6.3, lid 2 AB
Hoofdstuk 7 (Arbeidsmiddelen en specifieke werkzaamheden) a) Toepasselijkheid en definitie a) art. 7.1 t/m 7.2a AB
b) Algemene voorschriften b) art. 7.3 t/m 7.11a AB
c) Arbeidsmiddelen met een besturingssysteem c) art. 7.12 t/m 7.16 AB
Hoofdstuk 8 (Persoonlijke beschermingsmiddelen en veiligheids- en gezondheidssignalering) Persoonlijke beschermingsmiddelen art. 8.1 t/m 8.3 AB

Wat betekent het bovenstaande voor de RI&E?
Indien er in uw organisatie medewerkers plaatsonafhankelijk werken dan kunt u m.b.v. bovenstaand overzicht bekijken welke risico’s, voortvloeiend uit het Arbobesluit en de Arboregeling, u voor deze medewerkers minimaal moet inventariseren. Daarbij gaat het in essentie om de volgende punten:

  1. Psycho-sociale arbeidsbelasting
  2. Gevaarlijke stoffen
  3. Fysieke belasting
  4. Beeldschermwerk
  5. Werkplekverlichting
  6. Arbeidsmiddelen
  7. Persoonlijke beschermingsmiddelen.

Het meest voor de hand is dan om de vragen/stellingen uit de RI&E, die ook betrekking hebben op de risico’s voor medewerkers die plaatsonafhankelijk werken, te beoordelen naar zowel de situatie op kantoor als op de plek alwaar plaatsonafhankelijk wordt gewerkt.

Deel deze pagina:
LinkedIn Twitter facebook

De RI&E en Plaatsonafhankelijk werken

    Steunpunt RI&E op Twitter

    • De risico-inventarisatie & -evaluatie (RI&E) is al sinds 1 januari 1994 verplicht voor alle werkgevers (uitgezonder… https://t.co/OQWjT2DPKi, 7 April 2022

    Direct naar

    • RI&E Instrumenten
    • Informatie over de RI&E
    • Veelgebruikte begrippen
    • Kosten en baten van de RI&E

    Steunpunt RI&E

    • Over ons
    • Helpdesk
    • Privacyverklaring
    • Contact

    Nieuwsbrief

    Aanmelden nieuwsbrief

    Copyright © 2022 RI&E Disclaimer