Ondernemingsraad
De OR en PVT (personeelsvertegenwoordiging) hebben op het gebied van regelingen m.b.t. arbeidsomstandigheden een instemmingsrecht. Dit is vastgelegd in artikel 27 van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR). Ten aanzien van de RI&E houdt dit in dat de OR / PVT moet instemmen met:
- Het RI&E-instrument dat het bedrijf wil gebruiken.
- De manier waarop vorm en inhoud wordt gegeven aan het basiscontract met de arbodienst of arbodeskundige die o.a. betrokken wordt voor het toetsen van de RI&E.
- De getoetste RI&E en het plan van aanpak.
- Het bijstellen van de RI&E (bijvoorbeeld wanneer de RI&E is geactualiseerd) en het plan van aanpak.
Meer informatie over de rol van de OR bij het arbeidsomstandighedenbeleid in bedrijven is ook te vinden op het Arboportaal.
Recht op inzage
In de Arbowet is vastgelegd dat werknemers de RI&E (inclusief het plan van aanpak) moeten kunnen inzien wanneer zij dit willen (inzagerecht). De werkgever mag de werknemers dit niet weigeren. In artikel 5, lid 6 staat:
“De werkgever zorgt ervoor dat iedere werknemer kennis kan nemen van de risico-inventarisatie en -evaluatie.”
Indien er geen OR (niet verplicht bij ondernemingen met minder dan 50 werknemers) of PVT is moeten de werkgever en de werknemers actief samenwerken en informatie uitwisselen (art. 12, lid 1 en 2 Arbowet); een voorbeeld van het uitwisselen van informatie is de RI&E en het plan van aanpak. Het is dan ook verstandig om als werkgever de RI&E en het plan van aanpak te verspreiden onder uw personeel. Zo weet iedereen welke risico’s er spelen en hoe die risico’s aangepakt gaan worden. In deze situatie hebben de werknemers geen instemmingsrecht.
De werkgever moet voor bedrijven, met een omvang van minimaal 10 werknemers tot en met 49 werknemers, tweemaal per jaar een bijeenkomst organiseren om het personeel in de gelegenheid te stellen om over belangrijke wijzigingen in bijvoorbeeld de arbeidsomstandigheden, zoals de RI&E en het plan van aanpak, te spreken (art. 35b, lid 1 WOR) . Ook hier is er dan geen sprake van een instemmingsrecht van de werknemers.
Voor bedrijven met minder dan 10 personeelsleden waar geen OR of PVT is, geldt een algemene overlegverplichting tussen de werkgever en de werknemers over de RI&E, inclusief het plan van aanpak.
Instemmingsrecht
De RI&E en het plan van aanpak moeten ná de toetsing ook worden toegezonden aan de ondernemingsraad (OR) of de personeelsvertegenwoordiging (PVT). Zij moeten met de RI&E en het plan van aanpak instemmen. De OR en PVT beoordelen de RI&E en het plan van aanpak natuurlijk niet vakinhoudelijk. Dat gebeurt in de toetsing.
Een werkgever kan ook een PVT instellen in bedrijven van minimaal 10 tot en met 49 werknemers. Indien een meerderheid van de werknemers dit wil, is de werkgever zelfs verplicht een PVT in te stellen. Indien er een PVT is ingesteld heeft die PVT een instemmingsrecht m.b.t. de RI&E en het plan van aanpak, identiek als die van de OR (art. 35c, lid 1 t/m 3 WOR).
U kunt hier uw vraag stellen aan het secretariaat van het Steunpunt RI&E-instrumenten.